Tattoo

Dolblij was ze. Gelukkig getrouwd, een mooi zoontje van anderhalf en zwanger van mij. Als het een meisje wordt zal ze haar zeker vernoemen naar háár lieve moeder, mijn oma. Al generaties zijn de namen in onze vrouwenlijn “Hendrika Saakje”. Mijn moeder zal het iets moderniseren maar de initialen blijven. H.S. Tot haar grote verdriet sterft haar moeder voordat ik geboren word. Ik, Henriëtte Saskia. Trotse drager van de initialen H.S. verwijzend naar de namen van de vrouwen die mij voorgingen.
Mijn, door mij onvoorwaardelijk geliefde, moeder

Die mij droeg

6 juli 2014, mijn lieve vader overlijdt plotseling. Ik ben 43 jaar. En ik ben er gelukkig bij. Na een intens verdrietig afscheid komen er herinneringen. Wat overheerst is het gevoel van grote liefde van mijn vader voor mij. Ik was zijn meisje. Toen ik een jaar of 6 was, werd ik gestoken door een insect in mijn voet. Ik had veel pijn en binnen enkele minuten was mijn voetje twee keer zo groot. Het was een snikhete dag en mijn vader nam me op zijn schouders om naar de huisarts te lopen en ook weer terug. Ik herinner me dat hij het zwaar vond en zweette maar hij dacht er niet over om te pauzeren of mij op de grond te zetten. Typerend voor mijn gevoel over mijn vader in mijn leven, mijn dierbare vader

Die mij droeg

Het werken als stewardess gaf mij letterlijk en figuurlijk vleugels. Daarna ben ik in de geboortezorg gaan werken. Met vrouwen waarvan hun kind in hun buik (biologisch) of in hun hart (adoptie/pleeg) of nooit geboren is. Wij dragen onze kinderen voor altijd met ons mee. Een eerbetoon aan alle moeders waarvan onze onzichtbare-, buik- of hart-kinderen kunnen zeggen: ‘dierbaarste vrouw’ in mijn leven

Die mij droeg 

Als klein meisje heb ik geleerd te bidden voor het slapen gaan. Ik ervoer altijd een hand, zegenend boven mijn gezicht wanneer ik in bed lag te bidden. Ik was denk ik een jaar of tien toen de hand verdwenen was. Hoe ik ook mijn best deed om te visualiseren dat hij er wel was, het bleef uit. “Je moet het nu zelf doen”, klonken de voor mij wat harde woorden. Nu ik ouder ben vind ik het mooi om te weten dat er in de bijbel vaak verwezen wordt naar God als Adelaar die over en onder je waakt. Een adelaar krijgt jongen en zweeft wakend boven ze. Tot hij ze op een dag het nest uitschut en ze zelf moeten leren vliegen. Als hij ziet dat dat ‘nog’ niet lukt gaat hij onder ze vliegen en vangt hen op met zijn enorme vleugels. Totdat er een dag komt dat ze het wél zelf kunnen. Een prachtig beeld voor mij. Want wat kan ik zelf ook goed dragen, zelfs wat niet van mij was droeg ik. En dat ‘te veel’ dragen mij uit balans bracht. Daar ben ik mij bewust van geworden. En daar wil ik andere vrouwen ook graag in begeleiden. Ik ben soms nog wel bang om te vallen. Maar ik heb geleerd dat ik mag weten dat er altijd bodem is. Voor mij is dat mijn bron, God

Die mij droeg

Die mij droeg, op Adelaarsvleugels
Die mij hebt geworpen in de ruimte
en als ik krijsend viel, mij opgevangen
met uw wieken en weer opgegooid
totdat ik vliegen kon, op eigen kracht

Lied: Huub Oosterhuis